Sorry, you need to enable JavaScript to visit this website.

VAN IN lanceert ‘Reken Maar!-digitaal’ in 60 scholen, voor digitaal en adaptief leren in de klas

VAN IN, de grootste innovatieve leermiddelenmaker van het land, legt met ‘Reken Maar!-digitaal’ de nadruk op gepersonaliseerd leren in de klas, met oefeningen die zich automatisch aanpassen aan het niveau van elke leerling en met een aangepast werkschrift ter ondersteuning.

Eind vorig schooljaar werd deze aanpak getest in de rekenlessen van de vijfdejaars van 10 scholen, goed voor meer dan 650 leerlingen. Nu gaan meer dan 60 pilootscholen aan de slag met Reken Maar!-digitaal.

De covidcrisis en de Digisprong zorgden de afgelopen jaren voor respectievelijk een grotere inzet van digitale leerplatformen en meer beschikbare tablets en laptops in de klas. Vorig schooljaar testte VAN IN deze nieuwe aanpak al in de rekenlessen in 10 Vlaamse lagere scholen. Daarbij viel de keuze van VAN IN op de derde graad, omdat daar de digitalisering op vlak van lesmethoden en infrastructuur het verst gevorderd is.

Vanaf nu gaan er meer dan 60 pilootscholen (2000 leerlingen) aan de slag met de nieuwe digitale module voor ‘Reken Maar!’. Deze integreert het digitale leerplatform verder, door het tijdens de wiskundeles in de klas in te zetten. Vanaf volgend schooljaar kunnen alle Reken Maar! scholen in het vijfde leerjaar ermee aan de slag.

Lesgeven met ‘Reken Maar! – digitaal’

‘Reken Maar!-digitaal’ staat voor lesgeven met de digitale invalshoek als basis, waarbij het papier als drager een aanvullende rol speelt. Vicky Adriaensen, algemeen directeur bij VAN IN legt uit: ‘Nog te vaak is ‘digitaal onderwijs’ een doordruk van de klassieke papieren manier van lesgeven, waarbij bijvoorbeeld digitaal oefenen vooral thuis gebeurt en niet in de klas. ‘Reken Maar! – digitaal’ integreert digitale leermiddelen en papieren ondersteuning, met meer structuur en houvast, een aangepast formaat en een dunnere werkschrift. Digitalisering is voor ons geen doel op zich: de leerkracht houdt zelf de regie en maakt gepersonaliseerd leren mogelijk voor alle leerlingen, ongeacht hun rekenniveau.’

Van instructie tot verwerking

Concreet start een ‘Reken Maar!-digitaal’-les met enkele peiltaken, oefeningen die de voorkennis activeren en het niveau van elke leerling in kaart brengen. Daarna volgt een klassikaal instructiemoment, waarna de hele klas samen een voorbeeldoefening maakt in het werkschrift, gevolgd door enkele digitale oefeningen op de computer of tablet. Daaruit moet blijken in hoeverre de nieuwe leerstof begrepen is.

In de verwerkingsfase gaan de leerlingen individueel aan de slag. Ze krijgen enkele basistaken aangeboden, waarbij zowel leerling als leerkracht onmiddellijk feedback krijgen over de resultaten. Daarna volgt nog een adaptieve oefeningenreeks, waarvan het niveau is bepaald door de eerdere peiltaken.

Er zijn ook meer differentiatieniveaus voorzien, zodat elke leerling op zijn niveau kan oefenen en van daaruit kan doorgroeien, zonder ontmoedigd te raken. De leerling kan het klassieke werkschrift ook gebruiken om de denkwijze en de tussenstappen van een digitale oefening uit te schrijven.

Wat levert dat concreet op?

Verschillende leerkrachten zien vooruitgang voor leerlingen die het moeilijk hebben met rekenen. In een klassiek werkschrift zien ze alle oefeningen ineens, wat overweldigend kan overkomen.

Een digitale omgeving biedt de oefeningen een voor een aan. Dat houdt iedereen gemotiveerd, ongeacht het kennisniveau. In de praktijk ziet men dat leerlingen al na twee oefeningen de zone van ‘naaste ontwikkeling’ bereiken. Die zone spreekt de leerling aan op een niveau dat net boven het bereik ligt van wat die op eigen kracht zou kunnen.

Men haalt ook aanzienlijk leervoordeel door ‘spaced practice’ toe te passen. De leerstof herhaaldelijk en met voldoende tussenruimte aanbieden stimuleert het langetermijngeheugen In functie van nieuwe leerstof, heractiveert ‘spaced practice’ net op tijd voorkennis, die de verwerking van die nieuwe leerstof vergemakkelijkt.

Naast de leerwinst is er tijdwinst, de leerkracht moet zelf geen oefeningen meer klaarzetten of verbeteren en de differentiatie verloopt automatisch. De leerkracht kan permanent de situatie van elke leerling evalueren en krijgt meteen inzicht in het niveau en het begrip van elke leerling. Ook het werkschrift zelf is dunner en kreeg een liggend formaat, waardoor het op een schoolbank makkelijk past onder een tablet of laptop.

Vanaf 5 maart: VAN IN-dagen voor leerkrachten

In maart vinden de 6 VAN IN-dagen plaats, op locaties in elke Vlaamse provincie. Zo helpt VAN IN het lerarenkorps om constant bij te leren over de nieuwe mogelijkheden van onder andere Bingel.

 

Over VAN IN
 
Dankzij de enthousiaste inzet van zo’n 180 medewerkers en nog veel meer auteurs, biedt VAN IN het onderwijs innovatieve en kwaliteitsvolle leermiddelen aan, op papier en digitaal, in Vlaanderen en in de Franse Gemeenschap. Het gaat onder meer over de digitale leerplatformen Bingel (N) en Wazzou (F) voor het lager onderwijs, en Diddit (N) en Udiddit (F) voor het secundair onderwijs. Die systemen maken gepersonaliseerd leren en lesgeven mogelijk. 
 
86% van alle leerlingen lager onderwijs in Vlaanderen bingelt. Gemiddeld maken leerlingen in Vlaanderen meer dan 1,3 miljoen oefeningen per dag in Bingel (weekends meegerekend). De digitale platformen voor het secundair onderwijs, Diddit en iDiddit, worden gebruikt in 75% van de Vlaamse scholen. 
 
VAN IN, marktleider in België voor educatieve en innovatieve leermiddelen, maakt deel uit van Sanoma Learning, een onderdeel van de Finse groep Sanoma. VAN IN werd opgericht in 1833 en heeft vandaag vestigingen in Wommelgem, Gent en Mont-Saint-Guibert.  https://www.vanin.be/nl.

Deel dit artikel